Op grond van de weinig voorkomende naam Rebbe is het verleidelijk om Rebbe Folkerts als vader van Andries aan te wijzen. Hij is in 1640 voor de helft eigenaar van de stemdragende boerderij WP12. Rebbe Folkerts stamde uit een Terwispeler familie waar de naam Rebbe veel voorkomt. Maar de naam is zeldzaam, na 1811 komt deze in de Burgerlijke Stand van Friesland in deze vorm niet meer voor, hooguit nog als Repke.
Toch blijkt de werkelijkheid weerbarstig. Rebbe Folckerts was twee keer getrouwd, voor 1627 met Auck Jelles en voor 1648 met Jourick Doeijes. Er zijn dan ook twee groepen kinderen, bijna een generatie in leeftijd verschillend. Wanneer Rebbe en Jourick beide eind 1657 komen te overlijden, vindt er familieoverleg plaats om de bezittingen te scheiden en de erfenissen af te handelen. Uit de autorisaties en afrekeningen in de weesboeken van Opsterland blijkt dat er uit de beide huwelijken drie kinderen zijn overgebleven.
In de autorisatie van 21 december 1657 (OPS 67-102) wordt gesproken over de drie voorweesen uit het eerste huwelijk. Deze drie zijn Wyb Rebbes, getrouwd met Jelcke Pieters, na 1649 eigenaars van sate WP26, Auck Jelles, getrouwd met Sjoerd Engberts en later met Wijger Edtses, en Jelle Rebbes. In 1648 koopt Rebbe Folkerts het erfdeel van Wijb Rebbes in WP12 (OPS 111-584) en Jelle koopt in 1672 het erfdeel van Auck (OPS 118-642). In de afrekeningen met de weeskinderen uit het tweede huwelijk (OPS 68-141 en 69-428) worden ook hun namen genoemd: Doije (in 1672 22 jaar oud), Sierd en Romckje Rebbes. Geen van drieën ben ik later nog in de archieven tegengekomen.
Dan is er nog de mogelijkheid dat Rebbe Folckerts de overgrootvader is van Andries Rebbes via de kinderen uit het eerste huwelijk, dan zou er sprake moeten zijn van een vader Rebbe Jelckes, Rebbe Sjoerds of Rebbe Jelles. Hiervoor zijn echter ook geen aanwijzingen gevonden.
De harde conclusie kan dus niet anders zijn. Er zijn geen redenen om Rebbe Folckerts aan te wijzen als voorvader van de familie Andringa. Wellicht leidt er nog een ander spoor naar de Rebbes uit Terwispel?
Andries Rebbes (64)
geb. rond 1670, rond 1700 timmerman in de Meuleburen; op 5 maart 1702 gedoopt en na belijdenisse de kercke toegevoegt, daarom van menniste komaf?; trouwt in april 1695 met Wimke Geerts (65), dochter van Geert Hessels (eigenaar sate 7) en Reijnsk Heeres, zij is weduwe van Aijse Annes met vier kleine kinderen, in 1698 eigenaar sate 7 (foutief vermeld als Wemcke Hessels!), tussen 1704 en 1708 overleden, daarna Anne Aijses met zijn (half)broers en (-)zusters eigenaar, in 1708 en 1718 is Andries Rebbes gebruiker van sate 7; hij is overleden november 1729.
Kinderen:
A1. Tiebbe, ged. 26-5-1697, volgt
A2. Heere, ged. 20-11-1698, volgt
A3. Bonne, ged. 25-3-1701, volgt
A4. Rebbe, ged. 19-11-1702, volgt
A5. Fookie, ged. 5-12-1704, jong overleden
De afkomst van Andries Rebbes is dus ongewis. In 1691 woont te Duurswoude ook Tiebbe Rebbes, hij koopt dan 'een plaetse te Wijnjeterp' van Jan Engberts. Andries Rebbes zal zijn oudste zoon naar hem hebben genoemd. In 1693 wordt Tiebbe genoemd als naastleger van sate 2, een boerderij aan de Opperburen.
Door de foutieve vermelding in de floreenkohieren bij sate 7 (Wimke Geerts, dochter van Geert Hessels, staat hier vermeld als Wemcke Hessels) zijn diverse stamboomonderzoekers logischerwijs een verkeerde weg ingeslagen. Uit de proclamatieboeken blijkt evenwel duidelijk dat zij degene is die getrouwd was met Aijse Annes, en dat zij ook op eigen titel bezit kocht en verkocht. Voor haar huwelijk komt ze al voor als Geert Hessels weeskint, als naastleger in 1672 in OPS 117-522 (1672) en in OPS 119-745a: Aijse Annes BB&C op de koop van een mad maden in de Garen, mandelig met Geert Hessels weeskind ... voor 4 g.gld negen strs. Bij die laatste verkoop zijn ze trouwens al getrouwd, zoals blijkt uit de eerdere akte OPS 119-721 uit 1686: Sweitse Rosema BB&C op 2/3 part van een mad in de Bexterwarren ... gekocht van Wimcke Geerts, e.h van Aise Annes. Uit 1691 dateert OPS 120-459: Jan Jansen BB&C op een 12e part van een zate lands ... gekocht van Wimcke Geerts e.h van Aise Annes voor 100 C.gld. In 1699 wordt Wemel Geerts off Andries Rebbes n.ux. als naastleger genoemd.
Wanneer een nieuwe dominee in 1736 een lijst met lidmaten samenstelt, staan daarop Tjibbe Anders en Inkjen de vrouw van Heere Anders vermeld. De drie jongere zonen van Andries Rebbes doen gezamenlijk belijdenis op 3 mei 1738, dus op duidelijk latere leeftijd. Niets wijst op een streng kerkelijke achtergrond! De nieuwe dominee zal er even achteraan gezeten hebben.
Generatie 1
A1. Tiebbe Andries
gedoopt 26-5-1697, trouwt 18 februari 1725 te Doesum met Trijntje Tabes, gedoopt 7-5-1702 te Beetsterzwaag, dochter van Tabe Arents, schipper, en Bieukjen Beniers; doet 13 mei 1725 belijdenis te Wijnjeterp, in 1736 vermeld in de lijst van lidmaten; in 1735 te Ureterp, in 1738 als herbergier in de Roscam te Beetsterzwaag, in 1749 te Beetsterzwaag als arbeyder in de Quotistiekohieren met 3 volwassenen en 2 kinderen, aanslag 11:13:00; overleden 16 november 1780 te Beetsterzwaag (Rekenboek diaconie)
Kinderen:
A11. Wiege, ged. 20-1-1726 Doesum/Grootegast, trouwt 11-3-1753 Jacob Thomas, beide van Lippenhuizen; Thomas Tjebbes Jongsma in naamsaangeving 1811
A12. Bijwke, ged. 14-11-1728 Doesum/Grootegast; 15-7-1747 overleden? dan staat vermeld: Tjebbe Andries oude dogter in Nieuwe Boltstraat, Groningen
A13. Tabbe d. 14-11-1730 Marum/Noordwijk, trouwt 21-7-1754 Hinke Beerends, beide te Smalle Ee, dochter Bieukjen 1758 Beets, een Tabe Tjibbes overl. te Wolvega in 1807, in 1797 een dochter van Tabe Tjibbes overleden te Wartena, een Tabe Tjibbes in 1813 op 88-jarige leeftijd overl. te Wartena
A14. Thijs, ged. 26-10-1738 Beetsterzwaag, trouwt 21-11-1762 te Beetsterzwaag met Marijke Arends
A15. Anders, ged. 12-4-1744 Beetsterzwaag
A16. Geert, ged. 12-4-1744 Beetsterzwaag
Op 5-5-1762 overleden: de zoon van Tjibbe Anders, te Beetsterzwaag
Een slag om de arm: Er kan sprake zijn van een Tjebbe Andries uit Doesum/Beetsterzwaag en een Tjebbe Andries uit Wijnjeterp/Ureterp! Ik ga er eerst vanuit dat het een en dezelfde persoon betreft.
Tiebbe Andries heeft zijn toekomst niet in Wijnjeterp en het boerenbedrijf gezocht. In 1732 verkoopt hij zijn deel in sate WP7, in gebruik bij Rebbe Andries, aan zijn halfbroer Anne Aijsis voor 375 Cgld. In 1735 koopt hij het huis te Ureterp waar hij dan al in woont voor 55 Cgld, twee jaar later doet hij het weer voor 40 Cgld van de hand. Wanneer in 1811 de erfenis van de kinderloos overleden kinderen van Rebbe Andries onder de neven en nichten wordt verdeeld, is geen sprake van nakomelingen van Tiebbe.
Aankoop in oktober 1733 van sate WP6 door de vier zonen van Andries Rebbes
gedoopt 20-11-1698, overl. 16-11-1772, trouwt op 16-1-1729 met Inckjen Boockes Swaga (37), weduwe van Cornelis Binnes en Jelke Roels, dochter van Boocke Halbes en Sijpkjen Andries Swaga; doet pas op 4-5-1738 belijdenis; in 1744 met 6 personen in volkstelling, bijdrage 6 Cgld; in 1749 boer te Wijnjeterp, met 4 volwassenen en 1 kind, aanslag 55:19:00; nog in 1767 in lidmatenlijst vermeld, voor 1778 overleden
Kinderen:
A21. Anders (18), geb. 10-1-1730
A22. Sijpkjen, ged. 8-8-1734
A23. Cornelis, geb. 17-12-1735
Zeker voor een timmermanszoon komt Heere Andries tot grote welstand. Het goede huwelijk dat hij sloot heeft daar natuurlijk een belangrijke rol bijgespeeld. Ook zijn vader was in de boerenstand ingetrouwd, maar die erfenis moest met veel kinderen worden gedeeld. Maar blijkbaar was Heere een goed zakenman en heeft hij optimaal geprofiteerd van de nieuwe mogelijheden die de vervening de grondeigenaren in Wijnjeterp juist in zijn tijd gingen bieden.
Zo wordt zijn naam, op eigen titel of in zijn rol als echtgenoot, in de floreenkohieren van 1748-68 genoemd als eigenaar van (delen van) de saten 6, 7, 8, 18, 19, 29 en 30/31.
A3. Bonne Andries (32)
gedoopt 25-3-1701, overl. 22-6-1760, trouwt op 22-3-1726 Antje Egberts (33), dochter van Egbert Jans en Lutske Feikes, ged. 4-3-1707; hij doet pas op 4-5-1738 belijdenis; Antje overlijdt in 1783.
Kinderen:
A31. Dieuwke, geb. 22-1-1727, jong overleden
A32. Wimckjen, geb. 18-4-1728, tr. 7-4-1754 Ureterp Ayse Bookes
A33. Ludske, geb. 14-1-1731, tr. 13-12-1750 Ureterp Uilke Rikles
A34. Anders, geb. 10-12-1732, overl. voor december 1748
A35. Fokkjen, geb. 7-3-1735, tr. in 1763 Ureterp Rintze Eedsges
A36. Antie, geb. 7-3-1738, overl. 1781, tr. 10-6-1759 Marum Lubbe Eyts, gebruiker van sate 30/31 in 1768/78, in 1788 zoon Eyt Lubbes
A37. Egbertje, geb. 20-9-1740, tr. 7-5-1769 Lippenhuizen Hendrik Martens
A38. Tjibbe, geb. 6-3-1743, volgt
A39. Anders (16), geb. 6-12-1748, volgt
Antie Egberts erft in 1725 van haar vader Egbert Jans 2/3 deel van sate 22 en een boerderij te Boornbergum. In 1743 en 1747 kopen zij en Bonne Andries haar halfbroers Jan en Wybe Egberts op beide boerderijen uit. Daarnaast is Bonne met zijn broers eigenaar van sate 6.
A4. Rebbe Andries
gedoopt 19-11-1702, trouwt 5-11-1730 Trijntje Hendriks, dochter van Hendrik Klazes en Ydtie Eyses, geb. 25-2-1709; hij doet pas op 4-5-1738 belijdenis; in 1744 met 6 personen in volkstelling, bijdrage 5 Cgld; in 1749 boer te Wijnjeterp, met 3 volwassenen en 3 kinderen, aanslag 46:14:00; in 1767 lidmaat, maar in 1772 is Trijntje Hendriks weduwe.
Kinderen:
A41. Anders, geb. 11-9-1731
A42. Wimke, geb. 7-5-1737, overl. na mei 1801
A43. Hendrik, geb. 26-3-1743
A44. Tjibbe, geb. 27-5-1746, overl. voor maart 1795
In de jaren 1738-1768 wordt hij genoemd als mede-eigenaar en gebruiker van sate 6 en, als huurder van zijn moeder en (half)broers- en zusters, ook als gebruiker van sate 7. Samen met zijn vrouw en haar vier broers is hij mede-eigenaar van sate 32/33O.
De vier kinderen erven zijn bezit, maar geen van de vier is getrouwd, zodat de bezittingen uiteindelijk bij de neven en nichten terechtkomen. In 1798 worden ze alle vier nog als gezamenlijke eigenaren van bovenstaand ouderlijk bezit genoemd. Uit 1801 is het testament van Wimke Rebbes bewaard gebleven. Zij vermaakt haar bezit aan zes personen: Martjen Aijses en Jan Aijses (beide van het eerste huwelijk van haar grootmoeder) en Tjibbe , Andries, Egbertje en Wimke Bonnes. Het testament sluit af met Vermits ik testatrice niet wel leezen noch schrijven konde, van woorde tot woorde te vooren geleezen. Andries Rebbes was de gebruiker van saten 6 en 7 in 1778-1798 en van sate 8 in 1778.
In maart 1795 verkopen Andries, Hendrik en Wimke Rebbes, meerderjarige en ongetrouwde huislieden, de helft van een akker boekweiten land voor 70 Cgld aan hun neef Andries Heeres (OPS 146-5). Dat de vier kinderen van Andries Rebbes niet voor nageslacht hebben gezorgd, is er mede de oorzaak van dat de naam Rebbe in de Burgerlijke Stand van Friesland in het geheel niet meer voorkomt!