VORIGE WEEK VOLGENDE WEEK
12
Des morgens ben ik naar Lippenhuizen naar de kerk gereden met de vrouw, Mintje en Aaltje. Dom. Meijer heeft gepreekt over de woorden: Wij hebben hier geen blijvende stad, maar zoeken het toekomende. Des namiddags heeft Dom. naar de Compagnie geweest en voor Dom. Speckman gepreekt. Ik ben toen eens naar het land geweest. Des avonds is hier een hevig onweder met hagel een veel regen geweest. Om omstreeks 10 uur is de bliksem bij Homme S. v.d. Burg ingeslagen en de geheele huizing afgebrand, alsmede de meubelen grotendeels en het boerengeeedschap en 9 jonge kalvers.
13
Des morgens extra koud en regenachtig. Om 6 uur ben ik met de vrouw en Mintje naar Groningen gereden om Tjitske daar op school te brengen. Om 12 uur zijn wij te Groningen gekomen en gedurende de geheele reis zonder ophouden geregend. Te Groningen gekomen is het weder iets beter geworden, doch bleef het zeer koud. Toen hebben wij boodschappen verrigt en zijn met Ruurd een poosje bij Jufvrouw Kuipers geweest. Om zes uur hebben wij te zamen bij Bruins gegeten, daarna bij Holthuis geweest en toen tot 12 uur in de Harmonie geweest, waar muziek en zang was door een gezelschap van Rotterdam.
14
Des morgens om 7 uur opgestaan en ontbeten. Ik was echter niet heel vlug. Wij zijn toen weder de stad in gegaan om nog eenige boodschappen te verrigten. Om 12 uur is de vrouw naar Jufvrouw Kuipers gegaan waar Tjitske en Klaziena vroeger heen gingen. Ruurd en Mintje naar Holthuis, en toen ben ik wederom naar F. Dikema gegaan om over zijn schrijven te spreken en heb bij die gelegenheid aan ZEd. betaald voor provisie van de kalk aan Blink Delfzijl f 50=, waarvoor bewijs bij mij ontvangen. Om 4 uur zijn wij van Groningen vertrokken en is vrouw Herder met de beide kinderen mede gereden, en om 9½ uur te huis gekomen.
15
Des morgens ben ik naar het land geweest bij de arbeiders en ook bij het vee, en heb daar alles in orde bevonden. Anne en Jilt waren bezig met boekweit bouwen. Om 11 uur ben ik met Pier naar de Gordijk gereden en heb daar eerst eenige boodschappen verrigt en ontvangen van J.S. Koopmans voor 1/8 boter f 16,50.
16
Des nachts wederom vrijwat gevroren en de geheele dag koud en schraal. Voor H.D. Stelwagen heb ik gekocht een vracht aske van Sybren de Boer voor f 35,50 cent, gelost op de Kalkwijk kamp. Ik ben bij de koeijen langs geweest en heb van W. Wiebenga 2 lammen gekocht voor f 9=. Daarna ben ik naar de wieders en de schoffelders gegaan en heb het in orde en wel gevonden.
17
Des morgens ben ik naar het land geweest en vervolgens naar A. Booi, die in de Brouwersbosch aan het schillen was. Des middags zijn wij begonnen met vlaswieden. Ik ben na het eten weder naar het land gegaan en bij Jan Jeens geweest, die achter J. Binsma aan het schillen was. Betaald aan Jan Jeens op het schillen f 30= en aan A. Booi idem f 24=. Des avonds heb ik aan Sytske betaald het loon f 80=, rente van f 520= f 20,80 cent en voor de huishouding f 12,50. Aan Moeder f 5= en aan Harmke f 5= op rek.
18
Des morgens ben ik naar de wieders en de koeijen geweest en heeft Anne de boekweitbouw afgedaan, de kamp voor S.W. Bijstra bezaaid met 2½ mud, die achter Fokke Wijnstra met 1½ mud, op de westkant van beide stukken vroegrijpe. Betaald aan K.S. Dragt voor een vracht vuilnis voor T. v.d. Iest op de reed f 14=. Anne is des middags naar A. Wijnstra geweest te bouwen, 5 uur met 1 paard en ¼ mud boekweit.
Naar top
Des morgens ben ik naar Lippenhuizen naar de kerk gereden met de vrouw, Mintje en Aaltje. Dom. Meijer heeft gepreekt over de woorden: Wij hebben hier geen blijvende stad, maar zoeken het toekomende. Des namiddags heeft Dom. naar de Compagnie geweest en voor Dom. Speckman gepreekt. Ik ben toen eens naar het land geweest. Des avonds is hier een hevig onweder met hagel een veel regen geweest. Om omstreeks 10 uur is de bliksem bij Homme S. v.d. Burg ingeslagen en de geheele huizing afgebrand, alsmede de meubelen grotendeels en het boerengeeedschap en 9 jonge kalvers.
13
Des morgens extra koud en regenachtig. Om 6 uur ben ik met de vrouw en Mintje naar Groningen gereden om Tjitske daar op school te brengen. Om 12 uur zijn wij te Groningen gekomen en gedurende de geheele reis zonder ophouden geregend. Te Groningen gekomen is het weder iets beter geworden, doch bleef het zeer koud. Toen hebben wij boodschappen verrigt en zijn met Ruurd een poosje bij Jufvrouw Kuipers geweest. Om zes uur hebben wij te zamen bij Bruins gegeten, daarna bij Holthuis geweest en toen tot 12 uur in de Harmonie geweest, waar muziek en zang was door een gezelschap van Rotterdam.
14
Des morgens om 7 uur opgestaan en ontbeten. Ik was echter niet heel vlug. Wij zijn toen weder de stad in gegaan om nog eenige boodschappen te verrigten. Om 12 uur is de vrouw naar Jufvrouw Kuipers gegaan waar Tjitske en Klaziena vroeger heen gingen. Ruurd en Mintje naar Holthuis, en toen ben ik wederom naar F. Dikema gegaan om over zijn schrijven te spreken en heb bij die gelegenheid aan ZEd. betaald voor provisie van de kalk aan Blink Delfzijl f 50=, waarvoor bewijs bij mij ontvangen. Om 4 uur zijn wij van Groningen vertrokken en is vrouw Herder met de beide kinderen mede gereden, en om 9½ uur te huis gekomen.
15
Des morgens ben ik naar het land geweest bij de arbeiders en ook bij het vee, en heb daar alles in orde bevonden. Anne en Jilt waren bezig met boekweit bouwen. Om 11 uur ben ik met Pier naar de Gordijk gereden en heb daar eerst eenige boodschappen verrigt en ontvangen van J.S. Koopmans voor 1/8 boter f 16,50.
16
Des nachts wederom vrijwat gevroren en de geheele dag koud en schraal. Voor H.D. Stelwagen heb ik gekocht een vracht aske van Sybren de Boer voor f 35,50 cent, gelost op de Kalkwijk kamp. Ik ben bij de koeijen langs geweest en heb van W. Wiebenga 2 lammen gekocht voor f 9=. Daarna ben ik naar de wieders en de schoffelders gegaan en heb het in orde en wel gevonden.
17
Des morgens ben ik naar het land geweest en vervolgens naar A. Booi, die in de Brouwersbosch aan het schillen was. Des middags zijn wij begonnen met vlaswieden. Ik ben na het eten weder naar het land gegaan en bij Jan Jeens geweest, die achter J. Binsma aan het schillen was. Betaald aan Jan Jeens op het schillen f 30= en aan A. Booi idem f 24=. Des avonds heb ik aan Sytske betaald het loon f 80=, rente van f 520= f 20,80 cent en voor de huishouding f 12,50. Aan Moeder f 5= en aan Harmke f 5= op rek.
18
Des morgens ben ik naar de wieders en de koeijen geweest en heeft Anne de boekweitbouw afgedaan, de kamp voor S.W. Bijstra bezaaid met 2½ mud, die achter Fokke Wijnstra met 1½ mud, op de westkant van beide stukken vroegrijpe. Betaald aan K.S. Dragt voor een vracht vuilnis voor T. v.d. Iest op de reed f 14=. Anne is des middags naar A. Wijnstra geweest te bouwen, 5 uur met 1 paard en ¼ mud boekweit.
Naar top