>

Het huis van ESP en Aaltje in Gorredijk

Startpagina

Gastenboek


Email:
Pytsje van der Sluis


Pagina's

    Gezinnen van enkele
    hoofdrolspelers op deze site:


  • Alle Jans van der Sluis en
    Antje Wobbes Rinzema

  • (Vader) Jan Alles van der Sluis
    en Geeske Piers Hemrica

  • (Broeder) Pier Jans van der Sluis
    en Hermina Suardus Posthuma

  • Engbert Suardus Posthuma (ESP)
    en (zuster) Aaltje J. van der Sluis

  • (Neef) Alle Wytzes van der Sluis
    (AWS) en Akke Aukes Wartena

Week van 11 - 17 september 1864


VORIGE WEEK                                                                    VOLGENDE WEEK

11
Des morgens orde op zaken gesteld en bepalingen gemaakt aangaande de begravenis. Toen hebben wij bij Jacobje wat gegeten en zijn toen naar huis gereden. Jacobje was bijzonder aangedaan en bezwaarlijk te troosten. Des avonds is Dom. Meijer hier geweest om ons te condoleren en heeft wat bij ons gepraat en koffij gedronken. Wij zijn des avonds vroeg te bed gegaan.

12
Des voordemiddags ben ik met Wobbe naar het land geweest en later eenige brieven geschreven aan Dom. Ebbinge en anderen.

13
Bij huis geweest en schrijfwerk verrigt, vervolgens naar het land. Des middags bestelling gedaan om het lijk in den grafkelder bij te zetten, gelyquideerd met Br. P. en toen naar de grafkelder geweest.

14
Des morgens om half acht met de vrouw, Wobbe en Aaltje naar Appelscha gereden. Mintje was gisteravond heengegaan en Tjitske en Pier zouden met Br. P. rijden. Om tien uur te Appelscha gekomen waren Auke en Geeske reeds de vorige avond daargekomen, en Velde en vrouw waren reeds voor ons daargekomen. Jacobje was zeer treurig en konde volstrekt nachts niet slapen. Zij kan zich niet verbeelden dat zij hier op aarde ooit weer genoegen kan hebben. Nadat de familie was gekomen, is het lijk om twaalf uitgedragen en is Anne weggereden. Des avonds om half vijf bijgezet in de grafkelder. Voordat wij het sterfhuis verlieten, heeft Dom. Okken een aanspraak gehouden bij de lijkkist tot de weduw, de ouders en betrekkingen van den overledene. Nadat wij het lijk een eind weegs hadden nagevolgd, zijn wij in de zaal van F. v.d. Bos gegaan en hebben daar te zamen wat koffij en later thee met een boterham gebruikt. Dom. Okken heeft gebeden en met dankzegging gesloten. Toen de familie was vertrokken, zijn wij met Velde en vrouw en dochter, Geeske, Wobbe en Mintje naar het sterfhuis gegaan en zijn te zamen om acht uur vertrokken, nadat wij wat koffij hadden gedronken en Jacobje zoo veel mogelijk hadden getroost en moed toegesproken en haar de verzekering gegeven, dat zij ons dierbaar was als onze eigen kinderen. Deze dag is voor ons een treurige dag geweest, daar wij de vijfde onzer zonen en wel de oudste, om wien wij veel hebben uitgestaan, grafwaarts moesten brengen. Dit is echter een telkens weerkerende les om ons niet al te veel aan het aardsche te hechten.

15
Des nachts hebben de vrouw en ik onrustig geslapen en des morgens was de vrouw ongesteld en tot middag te bed gebleven, en ik had pijn in het hoofd.

16
Nadat wij ontbeten hadden ben ik naar het land gegaan en daarna bij Broeder Pier de scheiding eens nagezien. Om twaalf hebben wij voor het eerst de begin gemaakt met boekweit dorschen en hebben toen met 10 man met twee akkers voor het huis van E.H. de Vries ed. afgedorscht, waarvan slechts 11 zak boekweit is gekomen. Tegen de avond begon het weer te regenen en om tien was het een geweldige regen, met storm gepaard.

17
Des morgens heeft het weder geregend tot middag en toen hebben wij na de middag de boekweit schoongemaakt en heeft W. Jonkman de laatste jonge schors geladen, zoowel te Appelscha als bij mijn huis ... ton en ruim 4 ton boomschors. Des avonds heeft Ringenoldus de tuin schoongemaakt en zijn Van Seijen en vrouw bij ons geweest.

Naar top







Startpagina